...
top of page
  • Instagram
  • Youtube
  • Facebook
  • X

Wat doen Karpers onder water? Nieuwe inzichten uit wetenschappelijk onderzoek

Bijgewerkt op: 18 mei

Wat doen karpers écht onder water? Dankzij geavanceerd visonderzoek weten we nu meer dan ooit over het natuurlijke gedrag van karpers in elk seizoen. In een baanbrekend project volgden Prof. Dr. Robert Arlinghaus en Dr. Christopher Monk maar liefst 90 karpers twee jaar lang in een 25 hectare groot meer in Brandenburg, Duitsland. Met behulp van ultrasone zenders en innovatieve datatechnologie werd hun zwempatroon, dieptevoorkeur en sociale gedrag tot in detail vastgelegd. In deze blog duiken we in de inzichten uit dit unieke onderzoek en wat deze betekenen voor jou als karpervisser.


Introductie van het Onderzoek

Het onderzoek vond plaats in een natuurlijk meer van ongeveer 25 hectare, met een maximale diepte van acht meter. Het meer kenmerkt zich door een geleidelijk diepteverloop en een rijke oevervegetatie, voornamelijk bestaande uit riet. In de zomer groeit er voor het riet een rand van waterplanten tot een diepte van twee tot drie meter. Vooral in het noordwesten en noordoosten van het meer bevinden zich ondiepe baaien met brede rietvelden.


Het karper onderzoek wordt gedaan op een 25 hectare groot meer in Brandenburg.
Het karper onderzoek wordt gedaan op een 25 hectare groot meer in Brandenburg.

Gedrag per Seizoen

Het onderzoek onthulde fascinerende inzichten in het gedrag van karpers gedurende de verschillende seizoenen.


Vroege Voorjaar

Zodra de eerste zonnestralen begin maart het water bereiken, worden de karpers actief. Ze verkennen het hele meer, inclusief het centrale gedeelte, zowel overdag als 's nachts. Opvallend is dat ze zich al verzamelen in de ondiepe gedeelten, zelfs bij watertemperaturen van slechts 6 tot 10 graden Celsius. Overdag lijken ze dichter langs de oever te zwemmen dan 's nachts.



Late Voorjaar

Naarmate het voorjaar vordert, verzamelen de karpers zich vooral in de ondiepe baaien in het oosten van het meer, waar het water minder dan twee meter diep is. Het centrale deel van het meer wordt nu minder bezocht. Er is vooral 's ochtends veel activiteit te zien. In de namiddag, wanneer ze naar het zeer ondiepe water bij het riet trekken, zijn ze minder actief. Waarschijnlijk zijn deze ondiepe gebieden ook de plekken waar later gepaaid zal worden.



Zomer

In de zomer is er een duidelijke verdeling in de waterlagen, waarbij op dieptes groter dan vier meter weinig tot geen zuurstof meer is. De karpers maken intensief gebruik van alle oevergebieden, met name de zuidoever. De meeste activiteit vindt plaats 's nachts en 's ochtends vroeg, terwijl ze zich 's middags diep in de rietvelden verschuilen. Individueel gedrag overheerst en ze scholen nauwelijks samen. Er lijken zich eerder stabiele 'vriendschappen' te ontwikkelen tussen paartjes karpers.



Herfst

Wanneer het water kouder wordt en de waterlagen zich mengen, verandert het gedrag van de karpers drastisch. Overdag vormen ze twee grote scholen in de ondiepe baaien. 's Nachts vallen deze scholen uiteen en trekken de karpers alleen of in kleine groepen langs de rietranden op zoek naar voedsel.



Winter

In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, zijn karpers in de winter niet inactief. Ze geven de voorkeur aan ondiepere delen van één tot drie meter diep, grenzend aan de extreem ondiepe oevergedeelten en delen met afgestorven waterplanten. Overdag vormen ze scholen, die 's nachts gedeeltelijk uiteenvallen. Ze bevinden zich 's nachts dichter bij de oever dan overdag. Opvallend is dat ze zich nooit ophouden op de diepste plekken van het water. Er was wel variatie tussen de twee onderzoeksjaren in de winter. In het eerste onderzoeksjaar zwom een school karpers overdag met hoge snelheid over het meer, wat in het tweede jaar niet meer werd waargenomen.



Voeren en Vissen

Een experiment met voeren toonde aan dat karpers snel leerden om voerplekken te herkennen en een sterke voorkeur ontwikkelden voor die plekken. Echter, zelfs met voeren bleven ze de gehele oeverzone afzoeken. Toen de onderzoekers op de voerplekken gingen vissen, bleken de karpers de plekken niet te mijden, maar ze werden wel moeilijker te vangen. Ze leerden al snel om aas met haken te herkennen en uit te spugen.


Belangrijkste Conclusies en Tips voor Karpervissers

Het onderzoek levert waardevolle inzichten op die ook voor sportvissers van belang zijn:


  • Karpers zijn het hele jaar door actief, ook in de winter.

  • In de winter houden ze zich voornamelijk op in ondieper water (1-3 meter) nabij oevers en afgestorven waterplanten, in tegenstelling tot de aanname dat ze zich in diepe zones zouden ophouden.

  • In warm water zijn karpers vooral 's nachts en 's morgens vroeg actief langs de oevers. Het is dan minder belangrijk waar je precies vist, maar het aas moet wel dicht onder de oever liggen. Voeren helpt om de karpers snel naar het aas te lokken.

  • In koudere maanden scholen karpers meer samen, vooral overdag. Het is dan belangrijk om de scholen te vinden.

  • In het voorjaar geven karpers de voorkeur aan ondiepe, snel opwarmende oevergedeelten.

  • In de herfst en winter zijn delen met afstervende waterplanten op niet te diep water aantrekkelijk. Een dieptemeter/visvinder kan helpen om deze plekken te vinden.


Bekijk de Karper activiteit per maand met tips in deze video

Meer informatie en video's van het onderzoek zijn te vinden op de Facebookpagina Ifishman.science en op www.ifishman.de

Opmerkingen


bottom of page